De hoofdzaak van de meeste ziekten
Onze huidige voeding bestaat voor een groot gedeelte uit kant en klaar maaltijden en producten die industrieel vervaardigd zijn, meestal behandeld met gamma en röntgenstraling om voedsel langer houdbaar te houden.
Dit betekent dat door dit soort processen ons voedsel tevens energetisch dood is. Meer als 80% van de hedendaagse voeding in de supermarkten was vijftig jaar geleden helemaal niet verkrijgbaar.
Alles moet tegenwoordig snel, wij gunnen ons zelfs geen tijd meer om aandacht aan voeding te geven met alle gevolgen van dien.
Het gebrek aan mineralen en spoorelementen komt steeds meer op de voorgrond te staan. Onze hedendaagse voeding bevat onvoldoende mineralen en spoorelementen o.a. door het gebruik van kunstmest in de land- en tuinbouw, het gebruik van chemicaliën bij ongediertebestrijding en door conservering van voedingsmiddelen. Dit is de hoofdzaak van de meeste ziekten.
Vooral bij een verhoogde behoefte aan mineralen en spoorelementen tijdens zwangerschap, borstvoeding, in de groeifase, bij zware arbeid, en sport op hogere leeftijd of na een operatie, chemokuur e.d., kan een absoluut tekort ontstaan.
Gebrek symptomen kunnen ontstaan wanneer van een bepaald mineraal voldoende aanwezig is maar van de tegenpool te veel aanwezig is, bijvoorbeeld natrium en kalium, maar ook een teveel aan magnesium kan ervoor zorgen dat calcium niet kan worden opgenomen.
Ook het gebruik van medicijnen kan leiden tot een mineraalgebrek. Vooral kalium is hier uiterst gevoelig voor. Het langdurig gebruik van laxeermiddelen, medicijnen voor hartkwalen en tegen reumatische aandoeningen veroorzaken een flink tekort aan kalium.
In dit overzicht zie je welke elementen interactie met elkaar aangaan in het lichaam van mens en dier
Mineralen hebben voor hun werking in het lichaam een partner nodig. Indien deze partner ontbreekt kan ook het betreffende mineraal zijn werk niet doen. Ook dan ontstaat een tekort. Bijvoorbeeld: calcium werkt niet zonder een bepaald gehalte aan fosfor. Het calcium wordt in dat geval door de nieren onmiddellijk weer uitgestoten of in een erger geval kan het zelfs leiden tot nier- en blaasstenen. De gunstigste verhouding tussen calcium en fosfor bedraagt 1½ : 1.
Onopvallend tekort
Veel van deze tekorten zullen niet als dusdanig herkend worden. Een precieze diagnose is vaak niet te stellen, aangezien het lichaam lange tijd op reserves kan functioneren en daardoor een schijnbare gezondheid voorspiegelt. Bijvoorbeeld: ondanks een tekort aan calcium kan de calciumspiegel in het bloed een lange tijd normaal lijken. Het tekort aan calcium wordt aan het skelet onttrokken waar het zich pas jaren later openbaart in de vorm van botontkalking.
Een mooi voorbeeld is als er veel industriezuivel genuttigd wordt, omdat de calcium/fosfor verhouding in deze producten niet goed is, resulteert dit in botontkalking (osteoporose).
In de reguliere melk uit de supermarkt is de calcium-fosfor verhouding 1 : 2.
De juiste calcium-fosforverhouding behoort 1½ : 1 te zijn, omdat het lichaam dit zelf corrigeert van 1 : 2 naar 1½ : 1 wordt er calcium uit het beendergestel onttrokken met alle gevolgen van dien. Het is niet voor niets dat er zoveel gewrichtsvervangende operaties worden uitgevoerd tegenwoordig. Men is het ook nog normaal gaan vinden.
Het gebrek aan voedingsstoffen kan men niet opheffen door alle mineralen en spoorelementen apart in te nemen. Slechts door het innemen van het totale mineralen en spoorelementen spectrum kan men het bloedbeeld langdurig en op een schonende manier normaliseren.