Kokosvet
Propaganda voedingsindustrie
Vele mensen zijn het slachtoffer van betreurenswaardige propaganda van de voedingsindustrie die ervoor heeft gezorgd, dat kokosolie in een kwaad daglicht is komen te staan. Kokosolie bevat 27,5 % lange-keten verzadigde vetzuren, 65 % middellange-keten verzadigde vetzuren en verder onverzadigde vetzuren. Van de middellange-keten verzadigde vetzuren bestaat ongeveer 55 % uit laurine- en caprinezuur, die antibacteriële eigenschappen hebben.
Dit geldt vooral voor laurinezuur, waarvan het percentage 48 tot 50% bedraagt. Laurinezuur is het verzadigde vetzuur, dat zich in moedermelk bevindt, het beschermt baby’s tegen virale en bacteriële infecties. Katoenzaadolie bevat ongeveer 28,5 % lange-keten verzadigde vetzuren, maar geen laurinezuur.
Van hartkwalen is inmiddels bekend, dat ze verband houden met vele factoren, zoals geoxideerde vetten, cytomegalovirus, Helicobacter pylori, homocysteïne en diverse toxische chemicaliën, en andere elementen die ontstekingen veroorzaken.
De verhoogde cholesterolniveaus houden verband met de poging van het lichaam om weefselbeschadiging te herstellen, zoals een van de pathologen als expert op het gebied van arteriosclerose verklaarde, is de kans, dat cholesterol een atheroma veroorzaakt, niet groter dan de kans dat witte bloedcellen een abces veroorzaken, in beide gevallen gaat het om een poging tot genezing.
Cholesterol is één van de voornaamste substanties in het lichaam. Laurinezuurhoudende oliën, voornamelijk beschikbaar als kokosolie, worden niet geoxideerd. Alleen meervoudig onverzadigde vetzuren kunnen worden geoxideerd. Monoglyceride in laurinezuur, dat door het lichaam wordt aangemaakt bij consumptie van laurinezuurhoudende oliën, doodt het cytomegalovirus en Helicobacter pylori.
Laurinezuur en ziekte van Lyme
Ik kan jullie melden dat ik van Lyme afgekomen ben met de kokosolie. nadat ik eerst binnen een week of 3 na de tekenbeet een antibioticakuur gekregen heb leek alles rustig; na een paar maanden volgde iets dat op een burnout leek; na weer een paar maanden werken kreeg ik steeds bijholteontstekingen; 15 maanden en 7 kuren later wist mijn KNO-arts het niet meer en ik ook niet; behalve dan dat ik steeds bleef zitten met de vraag of dit alles met Lyme te maken kon hebben. Toen kwam ik bij André Schaap, natuurarts, hij stelde meteen vast dat ik de ziekte van Lyme nog steeds had en stelde mij voor te starten met de kokosolie.
Toen ik begon met de kokosolie was ik mijn baan kwijt doordat ik het vertikte de WAO in te gaan en was ik niet in staat gewoon te werken. Soms had ik een goede dag, maar vaak hele slechte waarop er niets uit mijn handen kwam. Na een paar maanden zo’n 6 theelepels ongeraffinieerde kokosolie per dag gebruikt te hebben (inderdaad op brood, dan is het gewoon heerlijk smeuiig en praktisch reuk- en smaakloos; je mag het niet verhitten!) was ik er fysiek weer grotendeels bovenop. Inmiddels gebruik ik het nog steeds af en toe, zodat ik mijn voorraadje Laurinezuur (50% van de kokosolie is laurinezuur) op peil houd; dat is belangrijk, want laurinezuur gebruikt je lichaam van nature tegen de veroorzaker van de ziekte van Lyme.
Laurinezuur tegen hart en vaatziekten
Kokosolie (of vet) heeft een antimicrobiële werking. Op het eiland Tokelau in de Stille Oceaan haalt men 60% van de energiebehoefte uit kokosolie. Het cholesterolniveau is, volgens Nederlandse normen ideaal en hart en vaatziekten komen er nauwelijks voor, reden te over dus om meer kokosolie te gebruiken in de keuken.